• Door Lisanne
  • In Taal
  • 4 december 2015

Laaggeletterdheid

Je staat er misschien niet bij stil, maar in Nederland zijn er 1,3 miljoen laaggeletterden, waarvan 65% ‘autochtoon’. Dus de vooroordelen dat enkel immigranten of niet-moedertaalsprekers laaggeletterd zijn kunnen direct in de prullenbak. Het gaat bovendien ook om volwassenen. Volwassenen die in het dagelijks leven beperkt worden in hun doen en laten, doordat zij hun eigen moedertaal niet voldoende machtig zijn. In dit blog zoom ik in op wat laaggeletterdheid eigenlijk is en wat het voor problemen met zich meebrengt.

Wat is laaggeletterdheid?

Er wordt gesproken van laaggeletterd als iemand zeer veel moeite heeft met lezen en schrijven. De norm voor een laaggeletterd persoon is het taalniveau 1F. Dit is het niveau waarover kinderen beschikken als zij van groep 8 naar de middelbare school gaan. Het is belangrijk te begrijpen dat een laaggeletterd persoon wél kan lezen en schrijven. In tegenstelling tot analfabeten.

Laaggeletterdheid zorgt voor grote problemen in het dagelijks leven

Laaggeletterden lopen privé tegen veel problemen aan. Denk maar eens welke alledaagse dingen een groot probleem worden als je niet goed kunt lezen of schrijven en geschreven informatie dus niet goed kunt verwerken. Post, e-mail, straatnaambordjes, recepten, vertrektijden van bus of trein. Ondertitels van films of televisieprogramma’s en zelfs het schrijven van Kerst- of verjaardagskaarten. Maar denk ook aan gebruiksvoorschriften, bijsluiters of (aanvraag)formulieren voor toeslagen en belastingen. Vooral deze laatstgenoemde zaken kunnen grote gevolgen met zich meebrengen wanneer ze niet juist worden geïnterpreteerd of opgevolgd. Al deze problemen zorgen ervoor dat laaggeletterden minder zelfredzaam, minder gezond en minder sociaal actief zijn dan geletterde mensen.


Laaggeletterdheid



Laaggeletterdheid ook probleem op de werkvloer

Ongeveer de helft van de laaggeletterden heeft een betaalde baan. Voor deze mensen is het net zo belangrijk als voor iedereen om goed te functioneren, maar als je niet goed kunt communiceren in je eigen moedertaal, kosten bepaalde zaken veel meer tijd en word je ontzettend beperkt in je mogelijkheden. Bovendien is het van cruciaal belang goed te kunnen communiceren met je collega’s en meerderen. En wanneer er van klantcontact sprake is, is goed kunnen communiceren minstens net zo belangrijk.

Persoonlijk denk ik dat er ook een behoorlijk taboe op laaggeletterdheid rust. Zeker op de werkvloer. Laaggeletterden zijn al een minderheid, maar zullen wellicht bang zijn een ‘labeltje’ te krijgen. Ik denk dat werknemers er goed aan doen het onderwerp bespreekbaar te maken en mensen met taalvaardigheidsproblemen zoveel mogelijk te ondersteunen door middel van bijvoorbeeld taallessen of taalcoaching.

Op de site van de Stichting Lezen en Schrijven vind je het verhaal van Jos, die ondanks zijn laaggeletterdheid een bloemenwinkel runde. Een leuk voorbeeld.

Overheidsaanpak laaggeletterdheid

Gelukkig is ook de overheid tot inzicht gekomen laaggeletterdheid een probleem is en dat deze mensen extra hulp nodig hebben. In 2012 is zij een actieplan gestart, dat in 2016 zal worden opgevolgd door het programma ‘Tel mee met taal’.

Er zijn al veel projecten opgestart om laaggeletterdheid tegen te gaan. De Stichting Lezen en Schrijven heeft op dit gebied diverse partners.

Vind je het leuk om mensen te helpen bij beter lezen en schrijven? Dan kun je je ook aanmelden als vrijwilliger.

Contact

Email: info@djuzz.nl
Close